Eigenschappen van papier & karton 

Papier en karton kunnen verschillende eigenschappen hebben. Afhankelijk van wat je wilt met het papier en karton, kies je voor een soort met die eigenschappen die het beste past bij wat je als einddoel voor ogen hebt.  

Houthoudend & houtvrij 

Hout bestaat grofweg uit vezels en lignine. Lignine zorgt voor de verbinding van de vezels in de boom. De term houthoudend slaat op de aanwezigheid van lignine in het papier wat na verloop van tijd leidt tot vergeling van het papier.  De term houtvrij slaat op de afwezigheid van lignine in het papier.  

Gestreken & ongestreken 

De keuze voor een bepaalde gestreken (coated) of ongestreken (uncoated) papiersoort wordt ingegeven door het te kiezen druk- en afwerkingproces en de beoogde kwaliteit van het drukwerk.  

De basis voor gestreken papier is houtvrij papier of houthoudend papier. Gestreken papier heeft een oppervlaktebehandeling ondergaan: het is afgewerkt met een strijklaag (coating). Die strijklagen bestaan uit krijt of porseleinaarde. De strijklaag verhoogt de witheid, geeft bij het bedrukken meer drukcontrast, zorgt voor een lagere inktopname en maakt het papieroppervlak glad. De strijklaag kan één- of tweezijdig worden aangebracht en kan mat, zijde, gesatineerd of hoogglanzend zijn. Gestreken papiersoorten worden veel gebruikt voor commercieel drukwerk 

Bij ongestreken papier ontbreekt de strijklaag waardoor het oppervlak niet zo glad is als dat van gestreken papiersoorten. De ongestreken papiersoorten worden veel gebruikt voor enveloppen en antwoordkaarten. Om ongestreken papier vast en goed bedrukbaar te maken kunnen lijm- en hulpstoffen worden toegevoegd. Zo wordt het papier ook beter geschikt voor printen, schrijven en/of tekenen. 

Kopieerpapier is vaak gemaakt van een houtvrije, ongestreken papiersoort. Eigenschappen van ongestreken papier zijn: 

  • goede hechting van de inkt aan het papier; 
  • Loopt soepel door apparaten; 
  • bestand tegen korte temperatuursverhoging tijdens bijvoorbeeld printen.  

Gebleekt & ongebleekt 

Pulp is de basis van papier. Pulp is niet wit. Afhankelijk van de uiteindelijke toepassing en gewenste uitstraling wordt pulp wel of niet gebleekt.  

Pulp kan op verschillende wijzen worden gebleekt: 

  • ECF (Elementair chloorvrij)
    Bij ECF wordt geen gebruik gemaakt van chloor of chloorgas, maar van chloorbleekloog (ClO) en chloordioxide (ClO2). Bij deze bleekmethode ontstaan oxidatieproducten die vlot biologisch afbreekbaar zijn. De toxische elementen in het afvalwater zijn zo goed als verdwenen. 
  • TCF (Totaal chloorvrij)
    Bij TCF wordt chloor vervangen door zuurstof, waterstofperoxide,ozon of enzymen. De verschillen in milieu-effect tussen ECF en TCF zijn zeer gering. Papierfabrieken regenereren bleekstoffen tijdens het productieproces. Door de ontwikkeling van geavanceerde afvalwater behandelingsinstallaties is de milieubelasting van het bleekproces uiterst beperkt. 
  • Chloorgebleekt 
    In Nederland wordt papier nergens meer chloorgebleekt.  

Opaciteit

Opaciteit is een maat voor de licht(on)doorlatendheid van een materiaal.  Het zegt dus iets over de mate van transparantie of (on)doorschijnendheid van papier. 

Gewicht & dikte 

Tot en met een gewicht van 179 g/m² wordt over het algemeen gesproken van papier. Vanaf 180 g/m² wordt het karton genoemd. In nog hogere gramsgewichten vanaf 500 g/m² is er sprake van board of bord. Het gramsgewicht (basismassa) en de dikte van papier bepalen deels welke mogelijkheden er zijn voor de afwerking en toepassing.  

Een m2 een gelijk aan 1 vel A0

Het gramsgewicht van papier en karton is afhankelijk van de samenstelling van het papier. Pulp, water en hulpstoffen bepalen het gewicht per vierkante meter.  

De dikte van het papier is onder meer van belang voor de drukker. Met de precieze dikte kan de drukpers zodanig worden ingesteld dat de best mogelijke afdruk ontstaat. De dikte van het papier is verder van invloed op de nabewerkingmogelijkheden (zoals perforeren of vouwen) en op het gebruiksgemak en het uiterlijk van het eindproduct. 

De verhouding tussen de dikte van het papier en het gramsgewicht wordt opdikking genoemd. Hoe meer lignine in de vezel van het hout zit, hoe hoger de mate van opdikking. Door maling van vezels neemt de opdikking af. Opdikking is van belang voor de drukker. Hoe hoger de opdikking, des te hoger is de samendrukbaarheid van het papier. De dikte van een eindproduct kan worden beïnvloed door de keuze voor een papiersoort met een hoge of lage opdikking. 

Oppervlakte & sterkte  

De oppervlakte-eigenschappen van papier en karton zeggen iets over de buitenkant daarvan. Gedacht kan worden aan de mate waarin papier is bestand tegen beschadiging van het oppervlak of tegen aantasting door licht. Sterkte-eigenschappen beschrijven het (mechanisch) weerstandsvermogen van papier. Houtvrij papier is sterker dan houthoudend papier. Door het chemisch ontsluitingsproces blijven de vezels langer. Bij mechanische ontsluiting worden de vezels ‘gemalen’, korter en dus zwakker. 

Ruwheid & effenheid

De ruwheid van papier geeft de mate aan waarin de oppervlakte van het papier vlak is. De ruwheid is bijvoorbeeld van belang voor de (wijze van) coating van het papier. Onder effenheid van papier verstaan we de mate waarin oneffenheden in het oppervlak voorko­men.  

Plukweerstand 

De weerstand die wordt ondervonden bij het lostrekken van vezels en vulstof uit het oppervlak van papier wordt plukweerstand genoemd. Hierdoor kunnen stukjes strijklaag van het papier loslaten (uit het papier geplukt worden). Drukwerk ziet er dan minder fraai uit. 

Radeerbaarheid 

Papier is radeerbaar als het na schuren, etsen, gommen (raderen) nog goed te beschrijven is. Radeerbaarheid is van belang voor kantoorpapier, schrijfpapier, tekenpapier etc. 

Dubbelvouwgetal  

Het geeft dubbelvouwgetal aan hoeveel keren een vel papier kan worden dubbelgevouwen zonder te scheuren 

Stijfheid  

De stijfheid van papier is de buigweerstand van dit papier. De maling van de vezel, de hulpstoffen, de looprichting en de dikte van het papier beïnvloeden de stijfheid. Tijdens het lopen van de zeef dikt de pulp in, waarbij het water door de zeef wordt afgezogen. De cellulosevezels in de pulp komen grotendeels, door de beweging van de zeef, evenwijdig in de looprichting van de papierbaan te liggen. 

Bij de productie van papier wordt veel water gebruikt. Later in het proces wordt dit met een grote, bewegende zeef weer uit het papier gehaald. De papiervezels gaan in de richting van de beweging van het zeefdoek liggen. Zo ontstaat de looprichting van het papier.

Berststerkte 

De berststerkte is een eigenschap van papier, die aangeeft hoeveel druk een bepaalde papiersoort kan weerstaan zonder te barsten.  Hout bestaat grofweg uit vezels en lignine. Lignine zorgt voor de verbinding van de vezels in de boom.

Onze artikelen

richtinggevend

VANG lanceert handboek Kwaliteit Oud Papier en Karton

25 januari 2024 werd door VANG tijdens het eerste PMD en OPK congres het Handboek Kwaliteit OPK (oud papier en karton) gelanceerd.

5 februari, 2024

CB duurzame samenwerking tussen uitgeverij en boekhandel

Hoe het CB de sustainable footprint wil verkleinen

Het CB, ontstaan als duurzame schakel tussen uitgeverij en boekhandel, wil de footprint structureel verkleinen.

7 februari, 2023

PEFC bomen planten

PEFC campagne #PlantJouwToekomst

PEFC start de campagne #PlantJouwToekomst om de verpakkingsketen op te roepen zich PEFC te certificeren en zo bij te dragen aan het verduurzamen van de keten.

4 oktober, 2022

Logo Papier & Karton diapositief PNG