Nationaal Recycling Congres 2024
Donderdag 7 maart 2024 vond het Nationaal Recycling Congres in het Museon in Den Haag plaats; de plek waar alles draait om de aarde, de mens en een duurzame toekomst. Een logische locatie om professionals die zich inzetten voor de circulaire economie samen te brengen. Onder leiding van politica en voormalige Tweede Kamerlid Kiki Hagen deelden aanwezigen vanuit diverse disciplines – recycleaars, overheid, wetenschap en economie – inzichten over de circulaire economie met elkaar.
De stelling van dit tweejaarlijkse en inmiddels derde recyclingcongres was ‘grondstoffenschaarste of productieschaarste?’ Waar lopen in dit kader recyclingorganisaties tegenaan; op zowel nationaal als Europees niveau? Wat is de aanpak van de overheid? Welke handvatten biedt onderzoek? En kun je een economie en de marktwerking daarbinnen sturen?
‘Er is geen schaarste’
Het programma startte met een panelronde. Dagvoorzitter Kiki Hagen ging in gesprek met de voorzitters van vier recyclingorganisaties: Gerard Nijssen van FNOI (oud papier), Willeke Ketting van MRF (metaal), Ben Kras van NRK Recycling (kunststof) en Mariska Boer van VHT (textiel). Waar de vier voorzitters unaniem op uitkwamen: “Zorg voor een goed vestigingsklimaat en voldoende capaciteit. Maar houd tegelijk ook de grenzen open óf kies voor dwingendere maatregelen, want er wordt meer ingezameld dan verwerkt. Er is geen schaarste. Natuurlijk wil je de economie zijn werk laten doen, maar als je markten sluit, verplicht dan het gebruik van recyclaat of creëer dusdanige voordelen dat het gebruik van recyclaat aanzienlijk bevordert.’
Geef secundaire grondstoffen einde-afval-status
Imane Elfilali van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en Willem Evers van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat namen aanwezigen mee in de Nationale Grondstoffen Strategie en het Nationaal Programma Circulaire Economie. Het opstellen van een Nationale Grondstoffenstrategie vloeide voort uit ontwikkelingen rond de Brexit, de Corona-pandemie en de oorlog in Oekraïne die ons bewust maakten van afhankelijkheden en kwetsbaarheden. Tegelijk stond het toewerken naar een circulaire economie bij de overheid al hoog op de agenda. De vraag hoe we omgaan met afvalstoffen staat daarin centraal en dat heeft weer alles te maken met het behouden van grondstoffen binnen onze economie. Toch lijkt de praktijk weerbarstiger dan de plannen op papier blijkt uit reacties van het publiek. “Afvalstoffen en grondstoffen worden naast elkaar gebruikt. Alleen dit is niet hetzelfde; ook niet voor de wet”, merkt iemand uit de zaal op. “De stromen die wij verwerken tot secundaire grondstoffen verdienen een einde-afval-status”, betoogt zij. Deze status houdt in grote lijnen in dat een afvalstof weer als grondstof kan worden ingezet. Er is in feite geen sprake meer van afval. Als iets als afval wordt bestempeld heeft dat administratieve en financiële verplichtingen tot gevolg. Factoren die van belang zijn op het creëren van een goed vestigingsklimaat en winstgevendheid van de sector.
Tijdlijn vol met regulations, acts, directives en meer
Dat de recyclingssector de afgelopen jaren nogal wat veranderingen en verplichtingen in de vorm van regulations, acts, directives en zo meer voor de kiezen heeft gekregen, liet Antoine Stilo van EuRIC, European Recycling Industries, in een indrukwekkende tijdlijn zien. Vervolgens het woord aan Ton Bastein van TNO. Hij ging vanuit de onderzoekskant in op recycling. Recycling is van strategische betekenis voor Europa en er zijn beleidsmatige prikkels nodig om recycling te stimuleren. Zo is industriepolitiek van groot belang om onder andere een nationale afzetmarkt te garanderen. Tot slot vraagt de onderzoeker hulp aan zijn publiek: transparantie is van belang, deel data dat helpt om het beleid te formuleren en te ondersteunen.
'Recycling van strategische betekenis voor Europa'
Ton Bastein
Geen subsidie maar belasting
Het recyclingcongres eindigde met een lezing van econoom en journalist Mathijs Bouman. Hij startte met de ontnuchterende mededeling dat in onze economie alles schaars is. Daarom betaal je bij de bakker voor een brood en krijg je het niet gratis mee. Hij is als econoom voor marktwerking, maar geeft ook aan dat soms overheidsingrijpen nodig kan zijn en dan bij voorkeur met belasting. Want, zo legt hij uit, met subsidie beloon je een partij die nu nog niet het juiste doet. Met een belastingverlaging beloon je partijen die wél het juiste doen. Hij illustreert het aan de hand van een persoonlijk voorbeeld. “Hoe zeer ik mij ook voorneem biologische kipfilet te kopen, zodra ik voor het schap sta, kies ik toch voor de meer betaalbare en minder duurzame variant.” Wil je dat duurzamere keuzes aantrekkelijk worden en dat gedrag verandert, dan zijn belastingverlaging en -verhoging effectief. En juist daarom is het soms wél goed als de overheid stuurt.